9 Tips voor de mooiste foto’s

Spelende kinderen, felle middagzon, bewolkte dagen of een uitgestrekte landschap. Je fotografeert natuurlijk graag tijdens je vakantie. Maar hoe leg je al dat moois ook echt stralend vast? Bekijk de eerste 5 professionele fotografietips hieronder en maak de mooiste foto’s!

1. Gebruik een eenvoudige achtergrond

Een eenvoudige achtergrond legt de nadruk op het onderwerp. Let op de achtergrond en de omgeving als u door de lens kijkt. Let erop dat er geen lantaarnpaal uit het hoofd van je lievelingsnichtje groeit en dat ze geen auto’s als oorbellen draagt.

2. Plaats je onderwerp niet in het midden

Het midden van het toneel is een perfecte positie voor een toneelspeler. Het midden van het beeld is echter niet de beste positie voor je onderwerp. Laat je beeld tot leven komen en plaats het onderwerp naast het midden van het beeld. Stel je voor dat het beeld doorkruist wordt door twee horizontale en twee verticale lijnen, die het beeld in 3×3 velden onderverdelen (zoals het raster van boter, kaas en eieren). Plaats dan het onderwerp langs 1 van de lijnen. Bij een automatische camera moet de autofocus uit staan omdat dit type camera doorgaans de focus legt op hetgeen in het midden van het beeld staat (onderwerp of omgeving).

3. Sta dichtbij je onderwerp

Als je onderwerp kleiner is dan een auto, ga je er 1 of 2 stappen vandaan staan alvorens je de foto neemt. Zoom in om het onderwerp dichtbij te halen. Het doel hiervan is het gehele beeld met het onderwerp te vullen. Als het onderwerp close in beeld is kun je hele interessante details zien; bijvoorbeeld sproeten of een licht fronsende wenkbrauw. Let er wel op niet te dichtbij te staan; de beelden kunnen onscherp worden. Bij de meeste camera’s bedraagt de minimale afstand voor automatisch scherpstellen 90 centimeter, ongeveer een stap. De beelden worden onscherp als je die afstand overschrijdt. Raadpleeg de handleiding van je camera, zodat je geen onscherpe foto’s maakt.

4. Gebruik de flits buiten

Fel zonlicht kan lelijke schaduwen in het gezicht creëren. Werk met een flits opdat schaduwen in het gezicht verdwijnen. Als je op een zonnige dag mensen fotografeert, zet de flits dan aan. Afhankelijk van de omstandigheden kun je tussen een corrigerende of volledige flits kiezen. Als je 1,5 meter van je onderwerp verwijderd bent, gebruik je een corrigerende flits. Vanaf 1,5 meter gebruik je de volledige flits. Test bij een digitale camera direct het resultaat op het beeldscherm. Op bewolkte dagen gebruik je de corrigerende flits. De flits licht het gezicht dusdanig uit dat ze duidelijk zichtbaar is. Neem ook een foto zonder flits; het zachte licht van bewolkte dagen kan op zichzelf ook hele mooie foto’s opleveren.

5. Kijk je onderwerp in de ogen

Gelijk oogcontact is op foto’s net zo belangrijk als in het echte leven. Probeer met de camera op dezelfde ooghoogte te staan als de persoon die je fotografeert. Zo kun je een onweerstaanbare blik en een fascinerende lach ook echt mooi vastleggen. Bij kinderen kniel of buig je. De gelijke ooghoogte positie bevordert automatisch een natuurlijke houding; de persoon voor de camera hoeft niet omhoog te kijken. Het zorgt ook voor persoonlijker oogcontact. De persoon kan zich ontspannen, hetgeen ook direct effect heeft op de foto.

6. Breng je onderwerp in beweging

Neem de leiding over je opname en je zult zien: de beelden worden beter. Beperk je niet tot het observeren. Wordt een regisseur! Een regisseur neemt de leiding. Een regisseur kiest de locatie: “iedereen naar buiten, de tuin in!” en werkt met attributen: “meisjes, zet je roze zonnebrillen op”. Een regisseur positioneert de personen: “kom allemaal hierheen en leun voorover naar de camera”. De meeste beelden kosten niet zoveel moeite. Dat is echter ook de achterliggende gedachte; neem de leiding over je beeld en je maakt de mooiste foto’s.

7. Fotografeer in de lengte

Heb je weleens geprobeerd in de lengte te fotograferen? Verticaal formaat werkt vaak supergoed; van een vuurtoren op een rots, de Eiffeltoren in Parijs, tot aan je neefje van vier die buiten blij rondspringt. Draai bij het fotograferen de camera 90° graden in de verticale houding en probeer op deze manier te fotograferen.

8. Snapshots maken

Draag het onderwerp niet altijd op te poseren of in de camera te kijken. Toon veelzijdigheid. Let bij het nemen van snapshots op hoe personen aan het werk zijn, hoe ze spelen, hoe ze achterover leunen, praten of uitrusten.

9. Plaats het onderwerp op de voorgrond

Als je een landschap fotografeert plaats je het onderwerp, bijvoorbeeld een boom, op de voorgrond. Elementen die op de voorgrond staan geven het beeld een bepaalde diepte. Een persoon op de voorgrond kan als motief dienen om een landschap te fotograferen. Je kunt van verschillende situaties een compositie maken door een onderwerp op de voorgrond te plaatsen: hangende boomtakken die een landschap op de achtergrond illustreren, een venster of een boog die voor de nodige diepte zorgt. Zo wordt de landschapsfoto spannender.
Please update your browser

We built this website with the latest technologies, which makes this website faster and easier to use. Unfortunately your browser's version does not support these technologies.